Help, mijn kind wil een huis!

21 april 2023

Nu de rente is gaan stijgen wordt het voor veel jonge mensen lastig om een woning te kunnen kopen. Was het voorgaande jaren nog mogelijk dat ouders meedachten in de vorm van een schenking – de zogenoemde jubelton – dat is nu verleden tijd.  Tijd dus om te kijken wat er nu nog voor andere opties zijn voor ouders om hun kinderen op weg te helpen.

Een manier om te helpen is door geld te lenen aan het kind voor de aankoop of verbouwing van een huis. De rente die het kind betaalt, is fiscaal aftrekbaar als de lening is aangegaan voor de aankoop, verbetering of het onderhoud van een eigen woning. Je moet de vordering als bezitting opgeven in de aangifte inkomstenbelasting in box 3.

Een andere manier om kinderen te helpen is door jaarlijks belastingvrij € 6.035 te schenken en een eenmalige schenking van € 28.947 te doen als het kind tussen de 18 en 40 jaar is. Als de schenking wordt ontvangen van een derde en wordt gebruikt voor specifieke doeleinden, zoals het kopen van een eigen huis of het aflossen van een restschuld, dan mag deze vrijstelling gebruikt worden. Als je meer schenkt dan de vrijstelling, moet het kind schenkbelasting betalen. Sinds 2017 is het mogelijk om de eenmalig verhoogde schenking te spreiden over drie jaar.

Het kasrondje is een optie waarbij je geld leent aan het kind voor de aankoop van een huis en het kind jaarlijks rente betaalt. Het kind komt hierdoor in aanmerking voor hypotheekrenteaftrek en kan daarnaast profiteren van de schenkingsvrijstelling. De rente en de schenking moeten aparte rechtshandelingen zijn en mogen niet worden verrekend.

Nog een andere mogelijkheid is om samen met het kind de woning te kopen, waarbij jullie ieder voor de helft eigenaar zijn. Het kind kan hypotheekrente aftrekken voor zijn aandeel in de hypotheek, maar voor jou is ‘jouw helft’ van de woning geen eigen woning omdat je er niet woont. Er zijn wel fiscale gevolgen aan deze optie verbonden.

Ook is het mogelijk dat een kind huurt van ouders.  Je kunt je kind ook helpen door een woning voor hem/haar te kopen. Het kind huurt de woning vervolgens van jou. Je hebt geen recht op hypotheekrenteaftrek over de geldlening aangegaan voor deze ‘tweede’ woning, omdat je die niet daadwerkelijk zelf bewoont. De woning en de eventuele hypotheek die hierop rust vallen in box 3. Over het saldo hiervan betaal je vermogensrendementsheffing (box 3). De huurinkomsten zelf hoeven niet te worden opgegeven voor de belasting in box 3. Voor een permanent verhuurde woning gelden overigens speciale waarderingsregels.

Als laatste bespreken we de optie van het borg staan. Bij een enkele geldverstrekker kun je als ouder borg staan voor de aflossingsverplichting van het kind. Je wordt dan mede hoofdelijk aansprakelijk en dat geeft de bank extra zekerheid. Kan je kind niet meer voldoen aan zijn/haar betalingsverplichtingen, dan doet de geldverstrekker een beroep op je, mogelijk zelfs voor het hele schuldbedrag. Het kind kan daardoor iets meer lenen en draagt zelf de lasten (rente en aflossing) van de hypotheek. Je kind houdt bij deze constructie gewoon recht op hypotheekrenteaftrek. Je hoeft niets op te geven bij de inkomstenbelasting. Ook ontstaat er geen recht op renteaftrek bij jou, als deze kosten vanwege de borgstelling, je deze voor jouw rekening neemt. De geldverstrekker stelt als voorwaarde dat het kind op termijn de lening zelf kan dragen. Tegen die tijd hoef je geen borg meer te staan. De geldverstrekker toetst of je jouw aansprakelijkheid financieel kunt dragen. Doordat je borg staat, kun je zelf mogelijk minder lenen, mocht je later de hypotheek willen verhogen of een andere lening willen aangaan.

Meer weten over deze mogelijkheden, we denken graag met je mee. Onder het genot van een kopje koffie bespreken we wat voor jullie gezin goede oplossingen zouden kunnen zijn.